1. De in artikel 40bis, lid 1, van deze richtlijn bedoelde dochterondernemingen publiceren hun duurzaamheidsverslag, samen met het assuranceoordeel en, in voorkomend geval, de in artikel 40bis, lid 2, vierde alinea, van deze richtlijn bedoelde verklaring, binnen twaalf maanden na de balansdatum van het boekjaar waarvoor het verslag wordt opgesteld, zoals bepaald door elke lidstaat, overeenkomstig de artikelen 14 tot en met 28 van Richtlijn (EU) 2017/1132 en, in voorkomend geval, overeenkomstig artikel 36 van die richtlijn.
2. Indien het duurzaamheidsverslag samen met het assuranceoordeel en, in voorkomend geval, met de overeenkomstig lid 1 van dit artikel gepubliceerde verklaring niet kosteloos openbaar worden gemaakt op de website van het in artikel 16 van Richtlijn (EU) 2017/1132 bedoelde register, zorgen de lidstaten ervoor dat het duurzaamheidsverslag, het assuranceoordeel en, in voorkomend geval, de door de ondernemingen overeenkomstig lid 1 van dit artikel gepubliceerde verklaring kosteloos openbaar worden gemaakt in ten minste één van de officiële talen van de Unie, uiterlijk twaalf maanden na de balansdatum van het boekjaar waarvoor het verslag is opgesteld, op de website van de dochteronderneming of het bijkantoor als bedoeld in artikel 40bis, lid 1, van deze richtlijn.